Kuil is nog nat gras dat door fermentatie geconserveerd wordt. Fermentatie is het proces waardoor micro-organismen voedingsstoffen afbreken met behulp van zuurstof. Om bederf te voorkomen is kuil luchtdicht verpakt. Als een pak eenmaal geopend is, komt er zuurstof bij de kuil, de fermentatie gaat dan verder en er kan schimmelvorming optreden. Kuil moet daarom binnen 4-5 dagen opgevoerd worden. Schimmel kan bij paarden koliek en diaree veroorzaken. Kuilgras is relatief energierijk. Voor paarden hoort het drogestof (ds) gehalte tussen de 55 en 65% te liggen. Dit wordt dan ook wel voordroogkuil genoemd. Deze voordroogkuil bevat meer energie dan hooi, maar heeft niet altijd de hoeveelheid structuurvezels die een paard nodig heeft.
De kwaliteit van voordroogkuil kan redelijk worden in geschat. Kuil van goede kwaliteit:
- is schimmelvrij, geen witte plekken in de baal
- heeft een frisse, lichtzure geur. Bij een sterke rottingsgeur is het ds gehalte meestal kleiner dan 40%. Deze kuil is erg nat en minder geschikt voor paarden
Er bestaat een verschil tussen koeienkuil en paardenkuil. Koeienkuil bevat minder dan 45% aan droge stof. Koeienkuil is ook volledig afgestemd op de voedingsbehoefte van melkgevende koeien en daarom is het ongeschikt voor paarden. Koeienkuil bevat minder structuur dan paardenkuil, wat paarden juist wel nodig hebben. En koeienkuil is daarnaast zuurder en daardoor kan het bij paarden maagzweren of koliek veroorzaken.
Op gras zitten van nature veel micro-organismen. Twee belangrijke micro-organismen zijn melkzuurbacteriën (de ‘goede’ micro-organismen) en de boterzuurbacteriën (de ‘slechte’ micro-organismen). Er moet daarom gezorgd worden voor omgeving waarin melkzuurbacteriën wel leven en boterzuurbacteriën niet.
Melkzuurbacteriën groeien op suikers (wat in gras zit) en niet van zuurstof en vocht. Door gras te drogen, te persen of stevig aan te rijden en luchtdicht af te sluiten met plastic zijn de groeiomstandigheden ideaal voor de melkzuurbacteriën. De melkzuurbacteriën maken melkzuur waardoor het kuil zuur wordt. Na verloop van tijd wordt de kuil niet meer zuurder maar blijft het stabiel. Zo blijft de kuil goed geconserveerd en kun je het lang bewaren.
Het tijdstip voor het maaien van kuil is in het voorjaar. Voor kuil kan het gras het beste een lengte van 30-35cm hebben. Na het maaien blijft het gras één dag voor koeienkuil en 2-3 dagen voor paardenuil op het land liggen. Door voordrogen verdampt water waardoor de kuil droger wordt, de ‘slechte’ bacteriën kunnen hier niet tegen. Het voordrogen werkt dus in het voordeel van de melkzuurbacteriën. Te droog kuil is echter niet goed, de afbraak van celwanden verloopt dan moeilijker. Door de langzame afbraak van celwanden komt de suiker langzamer beschikbaar voor de melkzuurbacteriën. De periode dat het gras op het land ligt moet zo kort mogelijk zijn, er worden dan namelijk nog suikers en eiwitten afgebroken. Hoe langer het ligt, hoe minder suikers er overblijven voor de melkzuurbacteriën.
Voor het drogen van het gras moet het gras geschud worden. Door het schudden komt het gras verspreid over het land te liggen en kan het goed drogen. Is het gras droog genoeg dan ga je wiersen. Wiersen is het in lange banen leggen van het gedroogde gras.
Nadat het gedroogde gras gewiersd is wordt het met een balenperser in grote balen geperst. De machine raapt aan de voorkant het gedroogde gras op en perst het samen tot vierkante balen. Na het persen worden de balen door een wikkelaar opgepakt en wordt er folie om de balen gedraaid. Door de folie is de kuil luchtdicht verpakt en kan het bewaard worden.
Wat door sommige boeren ook nog gedaan wordt is het aanrijden van de graskuil. De graskuil wordt dan bij elkaar gelegd en vervolgens aangereden (platgereden). Door het aanrijden wordt de zuurstof tussen het gras weggedrukt. Daarna wordt het met plastic bedekt voor een luchtdichte afsluiting.
Voordelen van kuil
- het hoeft korter dan hooi op het land te drogen, hierdoor is het minder weersafhankelijk
- doordat het korter op het land ligt blijven er meer voedingstoffen over in de kuil
- voordroog kuil bevat minder stof dan hooi, hoe minder stof hoe beter voor de gezondheid van het paard
Nadelen van kuil
- wisselende kwaliteit kuilvoer koop je ingepakt in plastic en daardoor is het niet te controleren of het van goede kwaliteit is
- paarden kuil is beter geschikt voor paarden, maar paarden kuil kan eerder gaan schimmelen
- doordat kuil al een zurige geur heeft van zichzelf, is het lastig om te ruiken of het kuil beschimmeld is
- droge kuil kan veel makkelijke verteerbare suikers bevatten, voor sommige paarden kan dit ongewenst zijn waardoor het hoefbevangenheid kan veroorzaken
- een open baal kuil moet je sneller opvoeren dan hooi, i.v.m schimmelvorming